Inhoudsopgave
Net zoals elders in den lande rees op moestuin Leyduin de vraag of de honingbijen wellicht een bedreiging zouden vormen voor de wilde bijen. Om een beetje inzicht te krijgen in deze lastige materie hebben we besloten om dit jaar een wilde bijentelling te doen. Dit lijkt makkelijker dan het is, een goede telling is zonder professionele hulp welhaast onmogelijk. Een zoektocht langs de verschillende natuurorganisaties met het verzoek om ondersteuning leverde niets op en dus besloten we om het anders aan te pakken.
Met de mobiele telefoon..
Gewapend met een mobiele telefoon togen we de tuin in. Met veel geduld achtervolgden we de insecten totdat ze besloten om even stil te zitten en zich te laten fotograferen. Daarna stuurden we de foto’s naar de app ‘ObsIdentify’ en die gaf aan om welke bij of zweefvlieg het ging. Als het lukte om de bij van dichtbij goed op de foto te zetten, kreeg je vaak 100% zekerheid over de soort.
Het resultaat
In totaal hebben we drie tellingen gedaan, 30 maart, 21 mei en 9 juli.
We hebben de volgende wilde bijen gezien:
Akkerhommel, aardhommel, weidehommel, tuinhommel, boomhommel, grote tweekleurige koekoekshommel, zesvlekkige groefbij, rosse metselbij, behangersbij, maskerbij, wimperflankzandbij, bandgroefbij en de zeldzame andoornbij.
Daarnaast ontdekten we nog een aantal zweefvliegen die we ook meetelden, dat zijn immers ook bestuivers.
Elzenvlieg, snorzweefvlieg, gewone citroenzweefvlieg, blinde bij (is niet blind en is geen bij), gewone slijkvlieg, grote narcisvlieg, bosbijvlieg en de slankpootvlieg.
Tot slot hebben we ook nog de zeldzame harkwesp gespot, dat is wel geen bij maar alleen al vanwege zijn naam toch ook zeer welkom op de moestuin.
Conclusie
Natuurlijk is het geen professionele telling geweest, maar we hebben wel een indicatie gekregen dat het op de tuin nog niet zo slecht gesteld is met de wilde bij. Het lijkt waarschijnlijk dat dit samenhangt met de grote diversiteit aan bloemen aldaar.
Volgend jaar gaan we opnieuw kijken wat de stand van zaken is.